Mijn Atelier

1939 - 1942, olie op doek, 45 x 54 cm
Collectie Musée L, Louvain-la-Neuve (schenking Serge Goyens de Heusch)
Inventarisnr. 54

De eetplaats en het atelier op de bovenverdieping van het huis in Schaarbeek waar hij met zijn moeder woonde waren de achtergrond voor zijn spookachtige silhouetten.
Enkele schilderijen en aquarellen van de periode tussen 1941 en 1943 getuigen van de intimiteit van deze werkplaats die hij zeer analytisch en schijnbaar naïef weergeeft, waardoor ze doen denken aan Ensor en Tytgat. De verwijzing naar de Oostendse kunstenaar is hier helemaal terecht want in die periode gebruikte ook Bertrand een vrijmoedig en contrastvol kleurenpallet.

Op dit doek zien we geen enkele levend personnage, behalve dan van die afgebeeld op eigen werken aan de muur. We herkennen Het gesprek van in 1938 en op de schildersezel de eerste versie van de Grote staande figuur waaraan de kunstenaar nog lang doorwerkte maar dan met een meer decoratieve ingesteldheid.